De overheid ondersteunt fossiele projecten van Nederlandse bedrijven in het buitenland met gemiddeld 1,5 miljard euro per jaar aan exportsteun, in de vorm van
verzekeringen en garanties. De klimaatcrisis vereist dat zowel Nederland als andere landen nog dit jaar stoppen met het verlenen van exportsteun aan fossiele energieprojecten, of het nou gaat om steenkool, olie of gas.
Demissionair minister Kaag en Staatssecretaris Vijlbrief presenteerden een verkenning voor een mogelijk scenario voor vergroening van de exportkredietverzekering. Het scenario draagt volgens Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International veel te weinig bij aan mondiale klimaatambities, zoals het beperken van de opwarming van de aarde tot maximaal 1,5 graad ten opzichte van het pre-industriële tijdperk. Nederland heeft zich daaraan wel gecommitteerd en daarom stuurden de drie NGOs in een reactie op de verkenning een oproep om uiterlijk eind oktober alsnog een scenario te presenteren dat de EKV in lijn brengt met de 1,5°C doelstelling.
Nederland moet zo snel mogelijk stoppen met het verlenen van exportsteun aan Nederlandse bedrijven voor vervuilende, fossiele projecten in het buitenland. Daarover schreef een brede coalitie van nationale en internationale maatschappelijke organisaties onder leiding van Both ENDS, Milieudefensie en Oil Change International vrijdag 28 mei 2021 een brief naar de onderhandelaars in de formatie.
Eind november hebben de organisaties WALHI Zuid Sulawesi (onderdeel van Friends of the Earth) en Both ENDS een formele klacht ingediend bij de Nederlandse exportkredietverzekeraar Atradius DSB. Ondanks de waarschuwingen van lokale gemeenschappen voor de negatieve gevolgen van een landaanwinningsproject in de baai van Makassar, adviseerde Atradius DSB de Nederlandse overheid om baggerbedrijf Boskalis een verzekering te geven voor de uitvoering ervan. De gevolgen voor de visstand, het strand en daarmee de levens van duizenden kleinschalige vissers en hun families blijken ernstig. Atradius DSB heeft van tevoren de schadelijke gevolgen niet voldoende onderzocht.
Op woensdag 14 april lanceerden zeven landen, waaronder Nederland, een initiatief genaamd Export Finance for Future (E3F), waarin ze een aantal ambities vastleggen met betrekking tot het afbouwen van exportondersteuning voor de fossiele sector. Maatschappelijke organisaties, inclusief Both ENDS, zijn blij met deze stap, maar de landen zullen zich toch moeten committeren aan veel ambitieuzere doelen dan die welke nu zijn gepresenteerd. Zij stelden daarom een verklaring op met de volgens hen zwakke punten van het door E3F voorgestelde beleid, aangevuld met aanbevelingen voor verbeteringen.
Op woensdag 14 april lanceerden zeven landen, waaronder Nederland, een initiatief genaamd Export Finance for Future (E3F), waarin ze een aantal ambities vastleggen met betrekking tot het afbouwen van exportondersteuning voor de fossiele sector. Vele NGOs wereldwijd, waaronder in Nederland onder andere Both ENDS, hebben de laatste jaren opgeroepen tot het opzetten van een dergelijk initiatief en we zijn dan ook blij met deze stap. Om resultaten te behalen en bij te dragen aan de klimaatdoelen van Parijs, zullen de landen zich echter moeten committeren aan veel ambitieuzere doelen dan die welke nu zijn opgesteld. Bezorgde maatschappelijke organisaties, inclusief Both ENDS, stelden daarom een verklaring op met de volgens hen zwakke punten van het door E3F voorgestelde beleid, aangevuld met aanbevelingen voor verbeteringen.
Begin dit jaar ondersteunde de overheid Nederlandse bedrijven met verzekeringen ter waarde van 903 miljoen euro, om hun deelname aan een gigantisch aardgasproject
in het Noorden van Mozambique mogelijk te maken. Both ENDS is al jaren, samen met partners uit Mozambique en Nederland, in gesprek met de exportkredietverzekeraar Atradius DSB en de verantwoordelijke ministeries van Financiën en Buitenlandse Zaken over de mogelijke financiële, milieu- en sociale risico's van het gasproject.
Een groep maatschappelijke organisaties, waaronder Both ENDS, doet een oproep aan de grootste financiële instellingen van Nederland voor daadkrachtige klimaatactie. De brief is verstuurd aan de CEO's en bestuursvoorzitters van de banken ABN AMRO, ING en Rabobank, pensioenfondsen ABP en PFZW, verzekeraars NN Group (Nationale Nederlanden), Achmea en Aegon en kredietverzekeraar Atradius.
Rijke landen, waaronder Nederland, verleenden sinds het ondertekenen van het klimaatakkoord van Parijs bijna 50 keer zoveel exportsteun aan projecten gerelateerd aan fossiele brandstoffen als aan projecten voor schone energie in vier Afrikaanse landen. Dat blijkt uit een onderzoek van vijf milieuorganisaties uit Ghana, Nigeria, Togo en Oeganda in samenwerking met Milieudefensie en Both ENDS. De rijke landen verzekerden via hun exportkredietverzekeraars energieprojecten met een totale waarde van 11 miljard US dollar. De helft van deze exportsteun is gerelateerd aan fossiele brandstoffen. Slechts 1% ging naar duurzame hernieuwbare energie.