Systeemverandering is dringend nodig om de bossen van de aarde en de rechten van mensen die in het bos wonen te beschermen. Ontbossing wordt veroorzaakt door een wereldwijde vraag naar producten zoals palmolie en soja. Maar het probleem kan alleen worden aangepakt als naast een kleinere vraag naar deze producten, de rechten van bosgemeenschappen beter worden erkend. Dit was een belangrijke focus van het werk van Both ENDS en partners in 2020.
Aan elke liter benzine of diesel die getankt wordt, moet volgens de Europese Unie in 2020 10% agrobrandstof zijn toegevoegd. Echter, de huidige agrobrandstoffen zoals palmolie, soja en koolzaad zijn niet beter voor het klimaat.
Dit artikel verscheen op donderdag 16 november op Joop.nl
Wegwerpfashion blijft ons land binnenstromen, de stikstofcrisis legt onze bouw stil en de energiearmoede stijgt, maar de Nederlandse politiek is aan het navelstaren. Terwijl dit problemen zijn die we als Nederland nooit in ons eentje kunnen oplossen. Want de kleding die we dragen, het eten dat op ons bord ligt, de elektriciteit die uit ons stopcontact komt: allemaal geproduceerd in wereldwijde handels- en productieketens. Met verstrekkende gevolgen, zowel in ons eigen land als ver, ver daarbuiten. Het zou naïef zijn om te denken dat we die problemen kunnen oplossen met alleen binnenlands beleid. En andersom: we ontlopen onze verantwoordelijkheid als we blijven hangen in de gedachte dat Nederland slechts een bescheiden rolletje speelt op het wereldtoneel. De recentste statistieken laten zien dat Nederland wereldwijd de vierde exporteur en de zevende importeur is van producten. Met de verkiezingen in het vooruitzicht, is het tijd om ook buiten ons kikkerlandje te kijken. Want het is ook in ons belang om te stemmen met wereldwijde impact.
“De branden hebben proporties aangenomen die we nog nooit eerder hebben meegemaakt.”
Grote delen van Zuid-Amerika zijn momenteel in rook gehuld. Van Buenos Aires tot São Paulo en Asunción hebben mensen moeite om adem te halen door de ongekende bosbranden die woeden op het continent, aangewakkerd door extreme droogte, de uitbreiding van de landbouw en de stijgende temperaturen als gevolg van de klimaatverandering.
Soja, suiker en hout, Nederland en Brazilië varen er wel bij. Duizenden schepen vervoeren jaarlijks miljoenen tonnen handelswaar vanuit de Amazone naar de Rotterdamse haven. Het stroomgebied van Rio Madeira, één van de belangrijkste vaarwegen in het Braziliaanse regenwoud, dreigt overspoeld te raken door brede wegen, grote dammen, nieuwe havens en vervuilende fabrieken. Deze infrastructuur dient de export te stimuleren. Economische ontwikkeling lijkt hier aanzienlijk uit de pas te lopen met sociale en ecologische integriteit. Wat kan Nederland als belangrijke handelspartner van Brazilië hieraan doen? Woensdag 30 september, van 17u30 - 19u30, organiseert Both ENDS een Politiek Cafe in het Nutshuis in Den Haag.
Minister Ploumen van Hulp en Handel is voor de tweede keer binnen een jaar voor een handelsmissie naar Brazilië. “Want”, zegt ze op de site van de Rijksoverheid, “voor Nederlandse bedrijven liggen er veel kansen in Brazilië. Buitenlandse handel betekent ook binnenlandse banen.” Nederland staat nu al in de top vijf van grootste exportpartners van Brazilië. Maar wie profiteert er in Brazilië zelf eigenlijk van deze stevige handelsrelatie? Om de minister en haar reisgenoten - meer dan veertig vertegenwoordigers van evenzoveel Nederlandse bedrijven- attent te maken op die vraag, stuurde Both ENDS haar een brief.