Grootschalige infrastructuur heeft ter plekke negatieve effecten voor mens en milieu, terwijl de baten elders terechtkomen. Both ENDS zet zich in voor inspraak voor de lokale bevolking en onderzoekt de geldstromen achter deze projecten.
Glasgow – Vandaag, tijdens de klimaattop in Glasgow kondigden meer dan 20 landen en instellingen, waaronder de Europese Investeringsbank, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Denemarken, aan voor eind 2022 te zullen stoppen met internationale publieke financiering (ontwikkelingsgeld en exportsteun) voor olie-, gas- en steenkoolprojecten. Tezamen zijn de ondertekenaars verantwoordelijk voor meer dan USD 15 miljard per jaar aan internationale steun voor fossiel. Nederland heeft het statement niet ondertekend. De Nederlandse ontwikkelingsbank, FMO, doet wel mee.
Het sluiten van de omstreden Barro Blanco-dam vorig jaar heeft niet alleen tot materiële, maar ook culturele schade geleid in de getroffen Ngäbe-Buglé gemeenschappen in Panama. FMO, een van de financiers, neemt tot nu toe geen verantwoordelijkheid voor de mensenrechtenschendingen bij dit project. Hoe moet het nu verder?
Twee weken geleden werden de conclusies van een onafhankelijke fact-finding missie naar het Agua Zarca project in Honduras gepubliceerd. Het rapport werd geschreven in opdracht van een van de financierders van het project, de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO, nadat in maart van dit jaar mensenrechtenactiviste - en fel tegenstander van het Agua Zarca project - Berta Cáceres was vermoord.
Ontwikkelingsbanken zoals de Wereldbank, de Asian Development Bank, de Duitse DEG en de Nederlandse FMO hebben een aantal cruciale overeenkomsten: ze opereren met publiek geld en hebben als uiteindelijk doel armoede te bestrijden en ontwikkeling te bevorderen. Maar in de praktijk blijkt dat ‘ontwikkeling’ een ruim begrip is, want lang niet iedereen profiteert van de projecten waarin door deze banken wordt geïnvesteerd. Integendeel: vaak zijn grote groepen mensen juist de dupe van de investeringen van ontwikkelingsbanken. Onder druk van maatschappelijke organisaties, waaronder Both ENDS, heeft een aantal ontwikkelingsbanken een klachtenloket ingesteld, waar gedupeerden verhaal kunnen halen.
Dit is een gezamenlijke oproep tot actie van internationale maatschappelijke organisaties om de Hondurese autoriteiten op te roepen gerechtigheid te waarborgen voor de slachtoffers van de moord op Berta Cáceres. Acht jaar en vier maanden zijn verstreken sinds de misdaad tegen Berta, en het Hondurese rechtssysteem heeft de vonnissen van de veroordeelden niet bevestigd en de intellectuele auteurs niet vervolgd. Wij zijn zeer bezorgd dat de onafhankelijke rechtspraak en internationale overeenkomsten over mensenrechten niet worden nageleefd.
Begin december zijn zeven mannen die schuldig zijn bevonden aan de moord op Berta Cáceres veroordeeld tot een gevangenisstraf tussen 30 en 50 jaar. De rechtbank bevestigt in het oordeel dat de rol van Berta Cáceres in het verdedigen van de rechten van de inheemse Lenca gemeenschappen de reden was voor de moord.
Op 12 december jl. kondigde het Verenigd Koninkrijk aan te stoppen met exportsteun voor fossiele projecten. Both ENDS is daar blij mee en vindt dat Nederland zo snel mogelijk dit goede voorbeeld moet volgen. Samen met organisaties in Europa en ver daarbuiten maken we ons al jaren hard voor het verduurzamen van exportsteun en andere financiële instrumenten van de overheid. De eerste en meest belangrijke stap daarin is het stoppen met het stimuleren van de fossiele brandstoffensector, en in plaats daarvan juist ondersteuning te bieden aan de ontwikkeling van duurzame energieopwekking.
Both ENDS schreef dit positie paper voor de Tweede Kamer-commissie buitenlandse handel en ontwikkelingsamenwerking als input voor het rondetafelgesprek over landrechten op 15 juni 2022. Land- en gebruiksrechten worden onvoldoende meegenomen in Nederlands beleid en praktijk. Dit is wel nodig voor voedselzekerheid, het behalen van de klimaatdoelen, en om de ongelijkheid terug te dringen.
Om de voedsel- en klimaatcrisis echt aan te pakken liggen er drie belangrijke kansen, namelijk (1) het respecteren en versterken van landrechten in de uitgaven van publiek geld; (2) een ander voedsel en landbouwbeleid voeren met respect voor landrechten -ook in de handelsagenda-; en (3) het feministisch buitenlandbeleid goed uitvoeren.