De miljoenenlening die de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO verstrekte aan Hondurese projectontwikkelaars van het bedrijf DESA voor de uitvoering van het omstreden Agua Zarca damproject in Honduras, houdt mogelijk verband met grove corruptie en geldverduistering. Dat blijkt uit een vandaag gepubliceerd artikel in het Financieel Dagblad op basis van informatie verstrekt door COPINH, de inheemse organisatie die zich al jaren verzet tegen de bouw van de dam. Meerdere leden van de organisatie, onder andere haar leider Berta Cáceres, werden vermoord. Inmiddels is David Castillo, de directeur van DESA, veroordeeld voor betrokkenheid bij de moord op Berta Cáceres in 2016.
Maandag 17 mei stuurde een aantal NGO's, waaronder Both ENDS, een brief naar Nederlandse ontwikkelingsbank FMO om de bank dringend te vragen af te zien van een geplande lening van $60 mln aan de omstreden Hondurese bank Ficohsa. De gezamenlijke NGO's hadden al vorig jaar zomer een eerste brief met deze oproep aan FMO gestuurd. Gisteren werd bekend dat FMO heeft besloten niet met Ficohsa in zee te gaan.
Both ENDS en SOMO zijn blij dat de Nederlandse en Finse ontwikkelingsbanken FMO en FinnFund zich zullen terugtrekken uit het omstreden Agua Zarca waterkrachtproject in Honduras. De twee financiële instellingen maakten kwamen donderdag 6 juli jl. met het nieuws naar buiten. Het project leidde tot veel conflict en geweld in de regio en de moorden op drie leiders die actie voerden tegen het project. In maart 2016 werd de bekende mensenrechtenverdediger Berta Cáceres vermoord vanwege haar verzet tegen het project dat op het land van haar gemeenschap, de inheemse Lenca, gerealiseerd werd.
De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO overweegt te investeren in de omstreden FICOHSA-bank in Honduras. De bank is nauw verweven met de elite die in Honduras veel macht heeft over de politiek, de (para) militairen en het bedrijfsleven. Een aantal Hondurese organisaties, waaronder de inheemse organisatie COPINH wier leider Berta Cáceres in 2016 werd vermoord, hebben een afgelopen woensdag een brief gestuurd naar het management van FMO. In de brief, die werd ondertekend door veertig organisaties, waaronder Both ENDS, wordt FMO opgeroepen niet in zee te gaan met deze bank.
Minder dan twee weken na de brute moord op Berta Cáceres, werd een tweede voorvechter van inheemse rechten in Honduras vermoord. De Nederlandse ontwikkelingsbank FMO en de Finse ontwikkelingsbank FinnFund hebben naar aanleiding daarvan aangekondigd al hun activiteiten in Honduras op te schorten. Zij verklaren niet langer te zullen investeren in nieuwe projecten en hun betalingen in huidige projecten, waaronder Agua Zarca, te zullen opschorten.
Vandaag is het precies een jaar geleden dat Berta Cáceres op brute wijze is vermoord in haar huis in Honduras. Cáceres was een wereldwijd bekende mensenrechtenverdedigster en de coördinator van de inheemse Lenca-organisatie COPINH. De moord op Berta staat in verband met haar strijd tegen de Agua Zarca-dam,die deels gefinancierd wordt door de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO.
Twee weken geleden werden de conclusies van een onafhankelijke fact-finding missie naar het Agua Zarca project in Honduras gepubliceerd. Het rapport werd geschreven in opdracht van een van de financierders van het project, de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO, nadat in maart van dit jaar mensenrechtenactiviste - en fel tegenstander van het Agua Zarca project - Berta Cáceres was vermoord.
Deze week hoorden wij het verdrietige nieuws uit Flint, Michigan, dat Sandra Smithey is overleden. Zij was jarenlang onze steun en toeverlaat bij de CS Mott Foundation. Dit fonds heeft meer dan 20 jaar het werk van Both ENDS en partners zoals Casa Fund en het NGO Forum on the ADB zowel financieel als met haar brede kennis, gesteund. Een van haar ambities was om internationale geldstromen, zoals ontwikkelingsfinanciering via de Wereldbank maar ook bijv. exportkredietverzekeringen, eerlijker en duurzamer te maken.
Kleinschalige adaptatiemaatregelen in ontwikkelingslanden zijn vaak moeilijk van de grond te krijgen omdat overheden, ontwikkelingsbanken en donoren over het algemeen liever grotere projecten financieren. Eén groot project is overzichtelijker en zichtbaarder dan tien kleine. Toch is het uitermate belangrijk dat juist die kleinschalige initiatieven - gebaseerd op kennis en behoeften van lokale gemeenschappen- ondersteund worden. Hoe kun je ervoor zorgen dat dit soort - vaak zeer effectieve - lokale projecten de weg vinden naar de juiste fondsen en omgekeerd?