Both ENDS

Nieuws / 27 July 2021

In gesprek met de Ngäbe-Bugle gemeenschap in Panama, na vijf jaar Barro Blanco-dam

In april 2021 kondigde de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO aan dat zij niet meer betrokken is bij het Barro Blanco project, een omstreden stuwdam in Panama. GENISA, het Panamese bedrijf dat de dam bouwde, betaalde de miljoenenlening – onverwacht – vervroegd af. De vraag is in hoeverre FMO, nu het zich uit het project heeft teruggetrokken, nog verantwoordelijkheid neemt om de schade en het leed dat is veroorzaakt met de financiering, op te lossen.

M10, de lokale beweging die opkomt voor de rechten van de inheemse Ngäbe-Bugle bevolking die van oudsher in het gebied woont en die grote schade ondervindt van de dam, heeft al sinds 2014 klacht lopen bij het onafhankelijke klachtenmechanisme van de FMO en DEG, de Europese financiers van het project. Een tweede klacht die de organisatie voorbereidde, over de geleden schade, wordt nu niet meer in behandeling genomen. Nick Middeldorp van Both ENDS praat* met Manolo Miranda van M10 over deze ontwikkelingen, en over alle ellende die de dam heeft veroorzaakt in het leven van de Ngäbe-Bugle. waar Manolo zelf ook deel van uitmaakt.

Kun je vertellen hoe jullie leven is veranderd sinds de dam in 2016 in gebruik werd genomen, en het stuwmeer een groot deel van jullie gebied onder water zette? Ik begreep bijvoorbeeld dat de rotstekeningen van jullie voorouders nu onder water staan.

"Voor ons is dit een hele belangrijke rivier, want hier leefden onze voorouders. Tabasará was het opperhoofd dat in bijna heel Panama de macht had en hij leefde in dit gebied. En hier is ook de rotstekening uitgekerfd die de geschiedenis van het bestaan van onze voorouders beschrijft, de duizenden jaren die wij hier al wonen. Uit de hele omgeving kwamen mensen jaarlijks of vaker hun eer bewijzen, maar de rotstekening staat nu onder water, in het stuwmeer, en niemand van ons kan er dus nog naartoe. Het heeft ons diep geraakt in het spirituele. Onze kinderen, die nu alweer tieners zijn, vragen ons wanneer zij de rotstekening kunnen zien waarover ze zoveel hebben gehoord. Het is moeilijk om een antwoord te geven op die vraag. Dat doet veel pijn. En het doen pijn omdat het de geschiedenis van onze voorouders, onze cultuur, raakt"

"De rivier was ook rijk aan allerlei vissoorten. Vanaf 2018 begon de vis te sterven. Vandaag de dag leeft er vooral tilapia, een dominante soort die niet inheems is, maar die door het bedrijf in de het reservoir is uitgezet zonder iemand daarvan op de hoogte te stellen. De hoeveelheid tilapia groeit, ten koste van de andere vissoorten, waardoor onze gemeenschappen geen divers voedsel meer hebben en ook geen inkomsten meer van de verkoop van verschillende vissoorten. En ook buiten de rivier zien we veel veranderingen: vroeger kon je konijnen zien langs de rivier, allerlei diersoorten, zelfs herten."

"Een ander probleem is het reservoir zelf: de kinderen kunnen zich niet langer wassen in dit water. Al drie keer is er al bijna een kind verdronken. Ouders kunnen hun kind er absoluut niet achterlaten. Het waterniveau stijgt en daalt en dat veroorzaakt sediment: de dorpen Kiad en Palomar zitten, als het water is gedaald, met modder die vol zit met allerlei soorten afval, allerlei soorten dode dieren en de stank van ontbinding. Kinderen kunnen zich niet meer wassen in het water, want het is stilstaand water en het veroorzaakt allerlei allergieën."

In 2016 bezocht een delegatie van FMO samen met Both ENDS en SOMO het gebied, om met eigen ogen te zien wat er aan de hand was. Hoe was dat bezoek en wat heeft het opgeleverd?

"We herinneren ons dat een meneer van de bank (FMO – red.) ons vertelde in één van de bezoeken die hij bracht: "Wen er maar aan, om met het slechte te leven". Dat is een belediging voor ons. De gemeenschap kan die woorden niet vergeten. Er was land, je kon gewassen verbouwen, en ook de volgende generaties konden verbouwen. Waar gaan de volgende generaties van leven als het economische leven elke dag moeilijker is? Nu hebben we geen land meer: 6 hectares vlakke, vruchtbare grond zijn onder water gezet. De meest vruchtbare en productieve stukken land, precies de stukken land in het dal, zijn verloren gegaan. Een banaan groeit nergens zo als op die vlakke aarde. Dat heeft ook tot conflicten geleid, want de mensen die geen land meer hebben, moeten nu gebruik maken van land dat al werd gebruikt door anderen in de gemeenschap."
"Ook op sociaal gebied voelen we de gevolgen. De verschillende gemeenschappen (vijf dorpen – red.) leefden in verbondenheid, ze bezochten elkaar. Nu moet je om van de ene gemeenschap naar de andere te komen heel wat omwegen nemen en de heuvel over, want het meer ligt ertussen. Of je moet een roeiboot nemen, en er uren over doen. Of de overtocht maken in een gemotoriseerde boot, maar daar moet je voor betalen."

Wat gebeurt er eigenlijk met de elektriciteit die in de Barro Blanco-centrale wordt opgewekt?

"Die energie is voor de verkoop en het bedrijf en de regering denken er in de verste verte niet aan om onze gemeenschappen te laten meeprofiteren van de opbrengst van het gebruik van de natuur het land. De overheid heeft geen enkele hulp geboden aan de slachtoffers, wil niet luisteren naar de gemeenschap. De overheid, noch het bedrijf, noch de banken – ze hebben absoluut niets gedaan om een oplossing te zoeken voor dit probleem. Wat ze wel hebben gedaan: schade voor de gemeenschappen achterlaten. Op dit moment zijn er mensen in de gemeenschap die niets te eten hebben. En daarom willen wij dat ze verantwoordelijkheid nemen voor de negatieve gevolgen die de gemeenschap zijn aangedaan. Want wij hebben onze hulpbronnen opgegeven om deze energie te genereren."

Dit najaar staat er een nieuw bezoek van het onafhankelijke klachtenmechanisme van FMO (en DEG, red) aan het gebied gepland, nog in het kader van de eerste klacht die jullie hadden ingediend. Wat verwachten jullie van dat bezoek?

"Wij in de gemeenschap hebben een hoge verwachting het bezoek van het panel van het klachtenmechanisme van de banken, om te vertellen wat er is gebeurd sinds de dam is gebouwd. Want hier in Panama ontkent men heel veel van de gevolgen die de gemeenschap ondervindt. Wij willen graag tegen het onafhankelijke panel zeggen, en tegen de bank, dat ook wij mensen zijn."

Wat zou FMO volgens M10 moeten doen?

"We hebben aan de bank gevraagd om alstublieft verantwoordelijkheid te nemen. Als het echt beleid heeft met respect voor mensenrechten, laten we dan de zaken op tafel leggen. Als een bedrijf juridische zekerheid krijgt, waar blijft dan de menselijke zekerheid voor de bevolking? Wij zijn niet op zoek naar een kortstondige oplossing. Als deze dam er niet wat geweest, zouden we genoeg soorten vis hebben om als gemeenschap 50 jaar, 100 jaar, 200 jaar, 300 jaar van te leven na onze generatie. Maar deze dienst die de natuur aan ons schonk, krijgen we niet meer. Wij leefden van de natuur, dat was de bestaanszekerheid van de gemeenschap. Dus een kortstondige compensatie beschouwen wij niet als een manier om een sociaal probleem op te lossen. We leven in een andere eeuw nu: ze kunnen de bevolking niet meer oplichten".

"Het is belangrijk voor ons dat de bank zegt tegen de Panamese natie, tegen de wereld: 'we erkennen dat M10 geen terroristische organisatie is' - zoals GENISA ons bestempelde – 'maar terecht streed tegen de schending van de rechten van de gemeenschap'. Want desondanks financierde FMO dit project. Daarom is het voor de gemeenschap niet gemakkelijk geweest om te zeggen "we gaan onderhandelen". De bank moet vergiffenis vragen aan de gemeenschap aan wie ze schade heeft berokkend, en zich inzetten om de schade permanent te herstellen. Dat FMO dit publiekelijk zegt, dat zou voor ons een voorbeeldige exit van de bank zijn."

 


Meer informatie:

*Omwille van de leesbaarheid zijn de quotes in dit artikel geparafraseerd, zonder de inhoud geweld aan te doen. Zie hier het gehele, oorspronkelijke interview (vertaald uit het Spaans).

Naar aanleiding van het nieuws dat FMO niet meer betrokken is bij het Barro Blanco-project, schreef M10 op 4 juni een statement waarin ze FMO oproept desalniettemin verantwoordelijkheid te nemen voor de geleden schade.

Achtergrondinfo:

In 2011 besloot FMO de bouw van de grote Barro Blanco stuwdam in de Tabasará-rivier in Panama te financieren. Het project was vanaf het begin zeer controversieel omdat de dam gebouwd werd zonder toestemming van de Ngäbe-Bugle bevolking, terwijl deze – en vooral het grote stuwmeer dat zou ontstaan - enorme gevolgen zou hebben voor de plaatselijke gemeenschappen. In 2011 begonnen de Ngäbe-Bugle daarom, onder leiding van M10, de lokale beweging die opkomt voor de rechten van de getroffen gemeenschap, met hun vreedzame protesten. Het leger sloeg al in 2012 hard terug (er vielen twee doden en 40 gewonden en er werden meer dan 100 mensen opgepakt). In Nederland wees Both ENDS de FMO er vanaf toen al op dat het Barro Blanco-project gepaard ging met grove mensenrechtenschendingen. M10 diende met hulp van Both ENDS en SOMO in 2014 een klacht in bij het klachtenmechanisme van FMO, die in datzelfde jaar in behandeling werd genomen. FMO trok de financiering echter niet terug. In 2016 sprak een delegatie van FMO wel met de Panamese regering over de toekomst van het project, maar dat mocht niet baten. De dam kwam er toch en de gemeenschappen werden niet gehoord. In 2016 werd het reservoir van de dam gevuld en was het stuwmeer een feit.

Voor meer informatie

Lees meer over dit onderwerp