Both ENDS

Publicatie / 18 juni 2024

Verdreven in naam van ontwikkeling: beleidsnota Aziatische Ontwikkelingsbank

Internationale financiële instellingen (IFI's) zoals de Aziatische Ontwikkelingsbank (ADB), die grootschalige infrastructurele projecten financieren voor ontwikkelingsdoeleinden, hadden allemaal een beschermingsbeleid. Deze maatregelen zijn bedoeld om normen voor milieu-, sociale en genderbescherming in projecten te waarborgen. De belangrijkste is het voorkomen van gedwongen uitzettingen. In de afgelopen decennia zijn echter miljoenen mensen van hun land en huizen verdreven als gevolg van IFI-investeringen, ondanks dit beschermingsbeleid.

Decennialang hebben de Wereldbank en regionale banken, zoals de ADB, een op de staat gerichte ontwikkelingsaanpak gepromoot. Het beschermingsbeleid speelde een belangrijke rol in deze aanpak, waarin duidelijke regels en voorschriften het speelveld van de markten vormgaven. Recentelijk hebben de IFI’s echter de voorkeur gegeven aan marktfinanciering.

 ‘Risicogebaseerde benadering’

Samenhangend met deze verschuiving is de trend onder IFI's om het beschermingsbeleid te vervangen door milieu- en sociale ‘kaders’ die beter passen bij de ‘risicogebaseerde benadering’ van investeerders en fondsbeheerders. Terwijl beschermingsmaatregelen gedetailleerde en verplichte richtlijnen zijn op basis van regels, zijn kaders gebaseerd op principes. Kaders bieden IFI-cliënten richtlijnen voor grondig onderzoek, implementatie en monitoring van milieu- en sociale gevolgen. Maar de principes en benchmarks die de kaders bevorderen kunnen flexibel worden geïnterpreteerd.

De Aziatische Ontwikkelingsbank herziet momenteel haar veiligheidsbeleid, dat sinds 2010 van kracht was, en is van plan om deze te vervangen door een Sociaal en Milieu Kader.

Displaced in name of development

In het beleidsdocument ‘Displaced in name of development’ van Both ENDS presenteren we drie overwegingen die volgens ons dringend moeten worden meegenomen in de beschermingsclausule van de ADB:

  • Ten eerste moet de ADB zeer voorzichtig te werk gaan bij het vertrouwen op nationale beschermingssystemen (CSS), dat wil zeggen door cliënten toe te staan hun eigen regelgeving te gebruiken voor het beoordelen van de milieu- en sociale gevolgen van projecten en voor het verhuizen en/of compenseren van getroffen gemeenschappen. De problemen die deze aanpak met zich meebrengt zijn duidelijk, aangezien de erkenning van de onevenwichtige machtsverhoudingen binnen landen, die er vaak toe leiden dat de rechten van gemeenschappen worden ondermijnd, een belangrijke factor was bij de ontwikkeling van het beschermingsbeleid van de IFI.
  • Ten tweede zou de ADB heel voorzichtig moeten zijn met het omarmen van ‘aanpassingsgericht management’ en er in plaats daarvan voor zorgen dat de beschermingsvereisten, waaraan moet worden voldaan voor de goedkeuring van een project, gehandhaafd blijven. Als de fondsen eenmaal zijn toegekend, is er geen mogelijke invloed meer om ervoor te zorgen dat projecten voldoen aan de sociale en milieueisen.
  • Ten slotte moet de ADB onafhankelijk bewijs verkrijgen dat een soortgelijk proces van beschermingshervorming dat in 2018 door de Wereldbank is uitgevoerd, de sociale en milieuresultaten ter plaatse inderdaad heeft verbeterd in plaats van verzwakt voor de mensen en gemeenschappen die de beoogde begunstigden waren van ontwikkelingsprojecten. Tot nu toe is dergelijk bewijs nog niet vastgelegd.

 

> Download het document (pdf, Engels)

6_pager

Lees meer over dit onderwerp